en het geschiedde in die dagen
dat anderhalve meter
het antwoord was op alle vragen

de buitenschaamte al voorbij
bleek dat contactluw samenleven
schoner was dan vele desinfectiepunten

beter nog dan ‘t dwaze ellebogen
- kijk uit voor je ogen - nee dan liever nog
facetimedineren wat wel goed tegen verslonzen was
en mooi dat die verdorven handgel dan niet hoefde

italiaanse toestanden waren niet langer
ideaal nu lag een jojo-lockdown op de loer

achter hoge kuchschotten gedoken
langs de looplijn schuifelend
bepeinsden wij onze rechten op mobiliteit
poogden de abrupte nieswolk van een buurman
te ontwijken
vastberaden te ont-hamsteren
hopend op een spoedig post-covidium

en vele quarantainekilo’s bleven kleven
en vele ruiten waren vet van vele raamcontacten
en wie zich veilig dacht, of wist, bezocht een schijt-aan-feestje

enkelingen bleken in-tevreden thuizenaars, wie hielp hen
weer un-locken? daar was al snel een coach voor

hoe vitaal ben ik nu zelf?
wat wil ik eigenlijk ontlopen?
wat kan ik beter ferm omarmen?

dachten we allemaal wel eens
wachtend in ons eigen wachtvak
op de markt in het dorp X,
aan de rivier de IJ,

nog wat nagenietend van het zoomen met een lieve zorgheld
in die dagen, dat de hemel boven
en oogverblindend blauw bleef

 

Dorpsdichter Marije Verbeeck, juli 2020

Klik op Alpha-Omega en bekijk een filmopname van dit eerste eigen dorpsgedicht van Marije.